Minder steunen op reclame en meer concurrentie zou de publieke omroep goed doen, anders stort het bestel zoals we het nu kennen in elkaar. Dat zegt Paul Römer, directeur van de NTR, bij BNR Hemmen.
De inkomsten van de Sterreclames vallen volgend jaar met 28 miljoen en in 2020 met 62 miljoen fors lager uit dan de begrootte 200 miljoen. Dat betekent ook voor de NTR weer forse bezuinigingen. En dat terwijl de omroep bij de vorige ronde bezuinigingen ook al 250 miljoen eraf moest halen, zegt Römer. ‘Al met al gaat er ruim een derde van het budget verdwijnt, dat doet ongelofelijk veel pijn.’
Volgens Römer verandert minister Slob nu de regels tijdens het spel. ‘We krijgen ineens veel minder geld en dus lopen we het gevaar dat we niet meer kunnen leveren wat afgesproken is.’ Als dat gebeurt, dan denkt Römer dat de politiek – omdat de publieke omroep de doelen niet meer kan halen – reden zal zien nóg meer te kunnen bezuinigen.
Een hele nieuwe NPO?
Römer wil het ook graag omdraaien: als de minister zou vragen een hele nieuwe publieke omroep te organiseren voor het geld dat ervoor over is, dan krijgt de publieke omroep ook een eerlijke kans om dat te realiseren, zegt hij.
Römer wil het ook graag omdraaien: als de minister zou vragen een hele nieuwe publieke omroep te organiseren voor het geld dat ervoor over is, dan krijgt de publieke omroep ook een eerlijke kans om dat te realiseren, zegt hij.
‘Niet meer steunen op reclame-inkomsten’
Römer denkt ook dat er een andere vraag gesteld zou moeten worden. ‘De opdracht moet niet zijn, compenseer de reclame-inkomsten, maar wat Nederland ervoor over zou moeten hebben om een goede publieke omroep te realiseren. En hoe moet die er dan uitzien? Als we die vraag inhoudelijk met elkaar kunnen beantwoorden kunnen we bezig zijn met op de lange termijn een andere organisatie neer te zetten.’ Ook met een simpeler bestuursmodel - nu hebben verschillende partijen zoals de overheid en de omroepen invloed – kan weer geld bespaard worden, denkt Römer.
Römer denkt ook dat er een andere vraag gesteld zou moeten worden. ‘De opdracht moet niet zijn, compenseer de reclame-inkomsten, maar wat Nederland ervoor over zou moeten hebben om een goede publieke omroep te realiseren. En hoe moet die er dan uitzien? Als we die vraag inhoudelijk met elkaar kunnen beantwoorden kunnen we bezig zijn met op de lange termijn een andere organisatie neer te zetten.’ Ook met een simpeler bestuursmodel - nu hebben verschillende partijen zoals de overheid en de omroepen invloed – kan weer geld bespaard worden, denkt Römer.
‘Liever wat minder geld en een helder takenpakket dan dit hybride model’
Verder moet de reclame uit het bedrijfsmodel. ‘Nu hebben we een gemengd model: deels betaalt de belastingbetaler, deels de consument ook via de reclame. Dus we zijn een kwart commercieel bestel en driekwart publiek. Dat geeft allerlei hele rare verbindingen. Liever wat minder geld en een hele heldere taakopdracht – puur publiek - dan dit hybride model.’
Verder moet de reclame uit het bedrijfsmodel. ‘Nu hebben we een gemengd model: deels betaalt de belastingbetaler, deels de consument ook via de reclame. Dus we zijn een kwart commercieel bestel en driekwart publiek. Dat geeft allerlei hele rare verbindingen. Liever wat minder geld en een hele heldere taakopdracht – puur publiek - dan dit hybride model.’
Alle media wereldwijd hebben last van ‘het veranderende mediaveld’ en de daarin wegvallende reclame-inkomsten. Als de publieke omroep puur publiek zou zijn, zou dat een hoop schelen, denkt Römer. ‘Dan kan de commerciële markt daar oplossingen voor gaan zoeken en de publieke omroep niet meer de schuld geven dat wij hen dwars zitten. Want dat is wat vaak gebeurt op dit ogenblik.’
‘We lopen kans dat het bestel zoals het nu bestaat in elkaar stort’
Behalve dat de bestuurlijke invloed van de omroepen mag verdwijnen, gaat Römer nog verder: hij vindt dat de omroepen zich naar het concessiemodel van het Verenigd Koninkrijk mogen modelleren. ‘Daar krijgen producenten een jaar of vijf het recht programma’s te mogen aanleveren aan de omroep. Je moet dus bewijzen dat je er recht op hebt.’
Behalve dat de bestuurlijke invloed van de omroepen mag verdwijnen, gaat Römer nog verder: hij vindt dat de omroepen zich naar het concessiemodel van het Verenigd Koninkrijk mogen modelleren. ‘Daar krijgen producenten een jaar of vijf het recht programma’s te mogen aanleveren aan de omroep. Je moet dus bewijzen dat je er recht op hebt.’
Die concurrentie zou ook in Nederland georganiseerd mogen worden. ‘Dan moet je elke vijf jaar bewijzen dat je recht hebt op die geprefereerde plek naast dat bestel. En andere producenten uit binnen- en buitenland kunnen ook aanspraak maken op die plek als ze kunnen aantonen dat ze voldoen aan de criteria. Dus je krijgt een heel open en creatief bestel.’
'Misschien is de tijd van vrienden maken wel voorbij'
Met deze opvatting maakt Römer niet veel vrienden, maar dat vindt hij niet zo erg. ‘Misschien is de tijd van vrienden maken wel voorbij want zoals het nu gaat lopen we de kans dat het bestel zoals het nu bestaat in elkaar stort.’
Met deze opvatting maakt Römer niet veel vrienden, maar dat vindt hij niet zo erg. ‘Misschien is de tijd van vrienden maken wel voorbij want zoals het nu gaat lopen we de kans dat het bestel zoals het nu bestaat in elkaar stort.’
Het besluit over de bezuinigingen valt in maart.
Bron: BNR
Foto: © ANP
Foto: © ANP
